Teiltjesdag

      Reacties uitgeschakeld voor Teiltjesdag

 

Ons oudste huisdier is Madame. We hebben haar een jaar of twintig geleden gevonden in Amelisweerd. Op een mooie zondagmiddag liep ze over het fietspad en kwamen we haar tegen. En dan neem je haar mee, want ik wist dat schildpadden niet in het wild in Nederland voorkomen.

En hadden we ineens een schildpad…..

Ik had al wel ervaring met schildpadden. We hadden er thuis veel, heel veel en het werden er steeds meer. Op de een of andere manier wisten mensen al snel dat we weleens schildpadden opvingen. We hadden een mooie ruimte in de kwekerij waar soms opeens weer een nieuwe schildpad woonde zonder dat wij dat wisten.

Ik vond ze leuk, maar had nooit de wens om zelf schildpadden te gaan houden. Dat was meer iets voor mijn broer, dacht ik.

Maar goed. Je vindt een schildpad en zorgt voor een verblijf. En al snel komt nummer 2: Plonsje. Daarna kwam mijn vriend met twee kleintjes die hij van een klant had overgenomen. Ze woonden in een kinderdagverblijf, maar toen het woord salmonella viel, werden ze daar wat minder enthousiast. Blacky en Decky kwamen bij ons en dus hadden we er vier.

Daarna kwam de Dierenambulance met een heel klein schildpadje naar het asiel waar ik als vrijwilliger werkte. Het asiel wist even niet wat ze met die ieniemieni aanmoesten en belde mij: Koosje. Een week later belde datzelfde asiel dat er een klein schilletje in de winkelstraat van Doetinchem gevonden was. Of we misschien nog een plekje hadden en dus kwam Dondertje.

En weer later liep er een schildpad bij de dierenkliniek waar mijn vriend toen werkte. Echt enthousiast was ik niet, maar we hadden wat meer ruimte en dus vingen we Gastje ´tijdelijk´ op. Nu heet ze Blijfie.

Toen we onze garage verbouwden tot trimruimte, kregen de schillen daarin een mooie ruimte: de schildpaddenlounge. Daar zitten ze het grootste deel van het jaar: in een ruime vijver met zandplekjes en een paar warmtelampen erboven. Zomers mogen ze overdag naar buiten in hun eigen verblijf om vitamine D op te doen. Volgens ons hebben ze het best goed.

Klanten vragen me weleens: ´Wat moet je nou met schildpadden?´ ´Heb je daar nu contact mee?´ ´Je kan ze toch niet aaien?´

Bij mijn gedragsopleidingen leer ik over het reptielenbrein. Het oudste deel van onze hersenen heet zo. Het is het deel dat gericht is op overleven en volgens de boekjes reageert dit deel alleen instinctmatig. Iets onthouden en dus iets leren vindt niet in dit deel plaats.
Schildpadden zijn reptielen en volgens die boekjes zouden ze dus alleen maar gericht op instinctmatig overleven zijn. Iets leren kan je ze niet, zeggen ze en ze onthouden ook niets, zeggen ze.

Maar toch….

Onze schillen krijgen een keer per week eten. Omdat ze zo’n rotzooi maken tijdens het eten, krijgen ze dat in aparte teiltjes. En als we dan op zo’n teiltjesdag met de teiltjes de schildpaddenlounge binnenkomen, krabbelen ze allemaal uit het water tegen de muur van het verblijf aan: honger!

Ze laten zich dan gemakkelijk oppakken en springen nog net niet in je armen. Als we ze in hun teiltjes zetten, gaan ze direct op zoek naar hun hap kattenvoer. Duurt dat te lang, dan worden ze ongeduldig en proberen uit hun teiltje te komen.

(Als ze klaar zijn met eten, zijn er trouwens andere kapers op de kust. Ook onze kippen en katten hebben de link ‘teiltjes = kattenvoer’ al gelegd en zitten buiten te wachten op de restjes. )
Niet alleen het fenomeen teiltjesdag heeft me aan het denken gezet over dat zogenaamde reptielenbrein. Tijdens verhuizingen in het verleden viel ons elke keer weer op dat de schildpadden lang van slag zijn in hun nieuwe verblijf. Vaak langer dan onze andere dieren. In Bunnik verhuisden we een keer naar eenzelfde flat, alleen op de begane grond en met een andere lichtval. Het aquarium van Madame stond op dezelfde plek, maar dus wel met een andere lichtval. Ze heeft drie weken erover gedaan om weer op haar vertrouwde eilandje te komen. Blijkbaar moeten schildpadden lang wennen aan iets nieuws, maar ze leren dus wel degelijk.

Wat voor band hebben we met ze? Knuffelen we met ze? Reageren ze op hun naam?

Nee, maar ze herkennen ons zeker. Als wij de schildpaddenlounge binnenkomen, blijven ze meestal lekker zitten onder hun lampje. Komt er een vreemd iemand binnen, dan zijn ze veel schrikachtiger en springen vaak het water in.

Teiltjesdag, verhuizingen en herkennen. Natuurlijk zijn hun reacties gericht op overleven, maar dat zijn onze reacties vaak ook. Mijn overtuiging is dat onze schildpadden meer zijn dan hun reptielenbrein. Uit onderzoek bij vogels is bekend dat hun hersenen wat anders ingericht zijn dan de hersenen van zoogdieren. Ik denk dan ook reptielen meer in hun hersenen hebben, dan alleen hun reptielenbrein.

Wat zou het mooi zijn als Madame, Plonsje, Blacky, Decky, Koosje en Blijfie ons konden vertellen wat zij denken. Maar helaas, daarvan weet ik zeker dat ze dat niet kunnen, tenminste niet voor ons verstaanbaar.